2FG coaching en advies

De angst om door de mand te vallen

Een inkijkje in het impostersyndroom

Ken je dat gevoel, dat je ieder moment ontmaskerd kunt worden en de mensen om je heen erachter komen dat je geen idee hebt wat je aan het doen bent? Dat je plots door de mand zal vallen en anderen denken dat je een bedrieger bent?

De tekst: Hoogbegaafd? Bang om door de mand te vallen? Met op de achtergrond een zwartwit afbeelding van een riet gevlochten mand in close up.

Dat gevoel maakt je angstig en onzeker en kan er zelfs voor zorgen dat je jezelf uiteindelijk ‘onzichtbaar’ maakt. Dat je op je werk projecten die je eigenlijk leuk vindt, toch maar liever uit de weg gaat. Dat je het voortouw niet neemt, dat je niet laat zien wat je kan. En als klap op de vuurpijl, dat je jezelf niet durft te zijn. Die angst of onzekerheid maakt dat je boog steeds gespannen staat en dat maakt je gevoeliger voor het uit balans raken of overspannen worden.

Waar komt dat gevoel nou eigenlijk vandaan? Heb je er reden toe? Om te beginnen is er waarschijnlijk niet maar één oorzaak voor en is het een complex aan zaken die ervoor kunnen zorgen dat je het gevoel hebt ieder moment door de mand te kunnen vallen. Allereerst het feit dat, vrijwel iedereen, het gewoon ‘altijd’ goed wil doen. En dat je van jezelf, zoals hoogbegaafden wel vaker doen, misschien wel denkt dat je helemaal niet zo slim bent, je wordt immers vaak door anderen niet begrepen. En het antwoord op hele simpele vragen weet je soms niet zo goed. Dit relatief lage zelfbeeld maakt je gevoelig voor bevestiging van buitenaf of misschien zelfs voor een sterke afhankelijkheid van de goedkeuring van anderen. Jij wil het dus het liefst altijd héél erg goed doen.

Aanpassen om erbij te horen

Een aantal van de mogelijke ‘oorzaken’ van het impostersyndroom vinden bij hoogbegaafden hun oorsprong in de angst voor afwijzing. Hoogbegaafden die zich makkelijk en veelvuldig aanpassen aan hun omgeving zijn daar meestal op heel jonge leeftijd al mee begonnen. Niet zo verwonderlijk, ieder kind ‘wil er gewoon bij horen’. Misschien had je niet eens zo heel erg bewust het gevoel dat je dat wilde of daar je best voor deed. Maar waarschijnlijk voelde je diep van binnen altijd wel dat je ‘anders’ was dan de anderen om je heen. Je had andere interesses, vond dat wat andere kinderen speelden stom of begreep niet waarom ze zich niet aan de afgesproken regels hielden. Op de een of andere manier was je misschien toch een buitenbeentje. En omdat sociale exclusie -afwijzing, uitsluiting- een van de ergste dingen is die een mens kan overkomen, pas(te) je je (onbewust) toch (gedeeltelijk) aan om er bij te mogen horen*.

Realiseer je dat dit (deels) bewuste proces van erbij willen horen, iets is dat voor jou als hoogbegaafd kind belangrijk was en dat maakte dat je begreep dat de aansluiting die je wél had, kwetsbaar was. Als jij iets stoms zou zeggen of doen, of iets dat de anderen niet zouden begrijpen, zou dat gevolgen kunnen hebben voor de mate waarin je geaccepteerd werd, je mee mocht doen en erbij mocht horen. Misschien zou je (weer) worden uitgelachen of gepest.

En realiseer je dat een kind dat zich niet anders voelt, de aansluiting van nature wél heeft en zichzelf kan zijn zonder zich aan te passen en er dan tóch gewoon bij hoort, zich zelden of nooit zorgen hoeft te maken over het gevaar van afgewezen worden.

De voortdurende angst, die op de achtergrond bestaat, voor afwijzing en buitensluiting maakt je, voor altijd, alert. Op je hoede. Dus is het belangrijk om ‘het juiste’ te doen. Je best te doen. Ervoor te zorgen dat anderen tevreden met je zijn zodat je erbij mag horen. Daarom is het ook zo belangrijk voor je hoe anderen over je denken. En ontleen je dus een deel van je zelfzekerheid van buiten jezelf, heb je veel bevestiging nodig. Je legt als het ware een deel van je zelfzekerheid in handen van anderen.

Aannames en hoge eisen stellen

En eigenlijk gaat het nóg een stap verder! Omdat je vaak helemaal niet wéét wat anderen werkelijk van je vinden of van je prestaties, maar je dat wel heel belangrijk vindt, ga je aannames doen over wat anderen mogelijk van jou of van je prestatie(s) zouden kunnen vinden. Dat zorgt ervoor dat je gaat leven ‘met de rem erop’. Bij alles wat je doet, zegt of aantrekt, denk je: “Ze zouden er wel eens dit of dat van kunnen vinden.” Je wordt inmiddels (volledig) onbewust geregeerd door de angst voor afwijzing (buitensluiting) en hebt voor jezelf allerlei normen bedacht die anderen zouden kunnen hebben, waar jij aan moet voldoen. Je bent je eigenlijk nog steeds in extreme mate aan het aanpassen, waarbij de norm gebaseerd is op jouw waarnemingen, maar vooral ook op je eigen -maar al te vaak irreële- aannames.

Mede hierdoor leg je de lat voor jezelf heel hoog en ben je een perfectionist. En omdat je de norm deels denkt te ontlenen aan die van je omgeving -al gaat het grotendeels dus om je eigen aannames- leg je niet alleen de lat voor jezelf zo hoog, maar ook die voor je omgeving. Die kunnen dat ervaren als dat je veeleisend bent terwijl jij je dat zelf misschien nauwelijks bewust bent.

Dat kan jij tóch niet

Sommige hoogbegaafden zijn in hun jeugd totaal niet gezien. Door verschillende oorzaken wekten ze de indruk, tegenover hun omgeving en zichzelf, dat ze niet zo slim waren. Ze werden bestempeld als overgevoelig of sociaal-emotioneel niet leeftijdsadequaat ontwikkeld. Ze vonden moeilijk aansluiting bij leeftijdsgenootjes en trokken zich terug. In de (vroegere) strakke regimes op school en thuis kreeg je dan zomaar te horen dat je iets wel niet zou kunnen. Dat het te moeilijk of te hoog gegrepen voor je zou zijn. En dat blijft soms decennia als een stemmetje in je hoofd tegen je zeggen dat je het tóch niet kan. Dat maakt niet alleen onzeker, het zorgt er ook voor dat je jezelf te laag inschat, dat je aan bepaalde dingen niet begint of dat je jezelf onzichtbaar maakt. En als je wel een uitdaging aangaat, dan zegt dit stemmetje misschien dat ze vroeger toch gelijk hadden. Dat je uiteindelijk wel door de mand zal vallen omdat blijkt dat je het inderdaad niet kunt. “Zie je nou wel.”

Zo simpel kan het toch niet zijn

Een andere belangrijke oorzaak van het impostersyndroom bij hoogbegaafden is dat ze vaak geconfronteerd worden met het gegeven dat zij iets sneller kunnen of sneller doorzien of makkelijker begrijpen, terwijl anderen daar meer moeite voor moeten doen. Stel, je ziet medecursisten of collega’s zich een slag in de rondte studeren en hoort ze klagen dat het zo ingewikkeld is maar jij hebt dat gevoel niet. Of collega’s vergaderen uren over een vraagstuk waarvan je vrijwel direct doorziet wat het probleem is en hoe je dat zou kunnen oplossen. Of je begrijpt de inhoud van een boek al wel zo’n beetje na het lezen van de inhoudsopgave, de inleiding en misschien nog het eerste hoofdstuk. En dat je vervolgens als vanzelf bezig gaat met onderzoeken of een theorie uit het boek wel klopt of welke langetermijngevolgen een bepaald beschreven proces heeft. Terwijl anderen hetzelfde boek wel helemaal doorworstelen en misschien nóg niet helemaal doorgronden.

Om dit voor jezelf kloppend te maken met je eerder genoemde lagere zelfbeeld, denk je dan dat het eerder gaat om een toevallige samenloop van omstandigheden, dan dat het komt door je eigen capaciteiten. En erger nog, je kan er het gevoel van krijgen dat je haast wel iets over het hoofd moet zien, iets mist. De diepere laag wellicht. Er moet iets zijn dat zij wel zien en jij over het hoofd ziet. Zo makkelijk kan het toch niet zijn?

Je kan dus het gevoel krijgen dat je het eigenlijk juist niet echt begrijpt en daardoor ontmaskerd kan worden door anderen die, met alle moeite die zij ervoor hebben moeten doen, het natuurlijk wél helemaal zouden begrijpen. Dit terwijl de kans in werkelijkheid groot is dat je waarschijnlijk zelf juist dieper en complexer en intenser met de stof aan de gang gaat.

Positief wordt negatief

Het kan ook gebeuren dat je een oplossing voor een probleem bedenkt en dat anderen dat met veel gejuich ontvangen, terwijl jij zelf de oplossing heel voor de hand liggend vindt. Het gevolg is dat je hun enthousiasme niet begrijpt. Ook dat kan leiden tot onzekere gevoelens over de eigen prestatie, want die anderen kunnen er op een gegeven moment ook achter komen dat het eigenlijk toch niet zoveel voorstelt. Dan val je door de mand. En dat geeft gezichtsverlies en heeft misschien zelfs afwijzing tot gevolg. De angst is compleet.

Er bestaat nu de kans dat je bang wordt om succes te hebben, om met gejuich ontvangen te worden en dat je terugdeinst voor het doen van dingen waarvan anderen zeggen dat je er heel goed in bent. Je durft dat niet toe te schrijven aan je eigen capaciteiten en als het zich al niet tegen je keert en je door de mand valt, dan zal het wel een toevallige samenloop van omstandigheden zijn. Zo goed was het bovendien nou ook weer niet. En misschien dat ene wel, maar dat, dat en dat was maar matig…

Het kan ook zijn dat, juist doordat je bijdrage met gejuich ontvangen is, je van jezelf verwacht dat een volgende prestatie minstens van hetzelfde niveau -met hetzelfde gejuich als resultaat- moet zijn, of liever nog beter. Dat kan voor faalangst zorgen waardoor je niet aan de nieuwe uitdaging begint of deze uitstelt. Of je handhaaft het niveau waarvan je met enige zekerheid weet dat het haalbaar is en een redelijk voorspelbaar resultaat oplevert. Of je maakt jezelf onzichtbaar.

Hulp vragen

Als je ergens even niet uitkomt, is het op zich geen slecht idee om hulp te vragen aan een collega of vriend. Hoogbegaafden vinden dat vaak moeilijk. Dat heeft te maken met de mate waarin ze hechten aan hun autonomie en ze zich dus niet graag afhankelijkheid opstellen (“zelluf doen!”). En door iets te vragen aan een ander, belast je die ander. En je wil niet graag een ander tot last zijn. Bovendien, je zou het eigenlijk wel zelf moeten kunnen of moeten weten in jouw functie, met jouw ervaring en met jouw salaris. En door iets te vragen geef je feitelijk toe dat je iets niet weet, waarvan je waarschijnlijk zelf vindt dat je het eigenlijk wel zou moeten weten en dat idee projecteer je op de ander. Die zal dan vast ook wel denken: “Dat had je eigenlijk zelf moeten weten, waarom vraag je dat aan mij?” Je zal in achting dalen. Afwijzing ligt op de loer. Je onzekerheid vergroot.

Verlammend

Je begrijpt dat het impostersyndroom en alles dat daarmee te maken heeft een behoorlijk verlammende werking op je kan hebben. En ervoor kan zorgen dat je met een gespannen boog en met de rem erop door het leven gaat. Dat maakt het leven stressvol en dat maakt de meeste mensen niet leuker. De spanning en stress kunnen leiden tot overspannenheid, burn-out en allerlei lichamelijke klachten. Het zorgt er bovendien voor dat je niet (helemaal) jezelf kunt zijn, dat je geen risico’s durft te nemen en misschien zelfs dingen uit de weg gaat als ze te complex lijken of nieuw voor je zijn. Dit gedrag zie je ook bij mensen die een fixed mindset hebben.

Fixed mindset

Vrij veel hoogbegaafden hebben de aanleg voor een fixed mindset. Hun brein is er in de vroege jeugd (basisschool en begin middelbare school, soms nog langer) aan gewend geraakt om met niks doen toch goede resultaten te behalen. Niet leren, niet voorbereiden, proefwerk maken en toch een hoog cijfer halen. Als een (jong) brein dit telkens ervaart dan wordt dat ‘normaal’. Je brein denkt dus dat er niet of nauwelijks een proces nodig is om toch iets te bereiken. En dat je ook een goed resultaat krijgt zonder er moeite voor te hoeven doen. Dat je brein dit normaal vindt zorgt er uiteindelijk voor dat je niet begint aan dingen waarvan het vooraf niet vaststaat dat het resultaat goed zal zijn zonder er moeite voor te hoeven doen. 

Met een fixed mindset ben je op bepaalde fronten dus heel resultaatgericht en veel minder procesgericht. Activiteiten die echt veel oefening vergen voordat er resultaat zichtbaar (of hoorbaar) wordt, ga je uit de weg. Processen waarin veel onzekerheden zitten, maken de uitkomst ook onzeker en dus begin je er liever niet aan. Die onzekere uitkomst kan inhouden dat het resultaat tegenvalt. Dat wordt jou dan misschien wel aangerekend en dan wijzen mensen je af…

Bang om te falen

De erfenis uit je verleden; het anders zijn, het erbij willen horen, je aanpassen, de angst voor afwijzing en dus ook de angst om door de mand te vallen en vervolgens afgewezen te worden, verlammen je. De onzekerheden in een proces, een proces dat moeite kost, een lat die je heel hoog legt, aannames die je norm bepalen, het kunnen allemaal redenen zijn om ergens niet (meer) aan te beginnen. Je kan namelijk zo maar falen. Wel presteren en zichtbaar zijn maken je extra kwetsbaar. Je kan onbegrepen of uitgelachen of afgewezen of raar gevonden worden. Dan liever wegduiken, onzichtbaar zijn en gewoon je ding doen.

Wat helpt…

Het is behoorlijk lastig om zelf te begrijpen hoe je je verhoudt tot je omgeving. Je kan immers niet in het hoofd van anderen kijken. Ben jij nou zo slim of zijn zij nou zo dom? Of ligt het aan jou dat je niet begrepen wordt? Of mis jij die diepere laag en blijkt straks dat jij er eigenlijk niks van begrijpt?

Zelfkennis en begrip van de eigen hoogbegaafdheid en complexiteit van denken, en acceptatie van het anders zijn en anders denken, helpt. Werken aan meer zelfzekerheid en minder afhankelijk zijn van de bevestiging van anderen, meer geloof en vertrouwen in het eigen kunnen, helpt. Meer inzicht in hoe je je verhoudt tot je omgeving en hoe je je verwachtingen kan managen, helpt. Minder resultaatgericht en meer procesgericht worden helpt en heeft tot gevolg dat je meer in het moment bent, meer kan genieten en meer kan ontspannen.

Samen met een coach of psycholoog kan je werken aan een realistischer zelfbeeld. Zo kan je je zelfvertrouwen versterken en gaan accepteren dat jij anders bent dan anderen en dat daarin ook juist je kracht en talent schuilgaat.

 

Het er niet als vanzelfsprekend bij horen kan niet alleen leiden tot aanpassen maar ook tot afzetten.
Hierover lees je meer in het artikel over aanpassen als coping.

Terug naar boven…

 

Arnout Mostert – mei 2022

Herken je iets van het impostersyndroom? Wat doet het met je en hoe ga jij ermee om?

Eén reactie

Reageer hier:

Je kan hieronder een reactie achterlaten op dit artikel. Jouw reactie kan anderen helpen. Na goedkeuring wordt je reactie onder het artikel op deze website geplaatst. Het kan dus even duren voordat je reactie zichtbaar is. Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd maar is wel verplicht om in te vullen. Dit is om spam te voorkomen.

Ben je blij met dit artikel? Heb je er wat aan gehad? Ik hoop het, want daar schrijf ik ze voor!

Het schrijven van artikelen kost veel tijd en inzet. Met een donatie help je mij om meer van dit soort publicaties te kunnen schrijven. 

Om te lezen...

Hieronder vind je een lijst met links naar de artikelen die ik heb geschreven die met hoogbegaafdheid te maken hebben. De meeste artikelen gaan over processen die gerelateerd zijn aan hoogbegaafdheid en die leiden tot bepaald gedrag. Als je je eigen hoogbegaafdheid verder wil onderzoeken of je bent geïnteresseerd in hoogbegaafdheid omdat iemand in je omgeving hoogbegaafd is of omdat je beroepsmatig met hoogbegaafden te maken hebt, dan zijn deze artikelen zeker interessant voor jou.

Hoogbegaafd en dan? Afbeelding van een vijzel, gestileerd en in zwart/wit

Werken aan de acceptatie van jouw hoogbegaafdheid, deze onderzoeken, heruitvinden, vormgeven, omarmen en beleven, zodat je uiteindelijk er niet alleen last van hebt maar er ook de vruchten van kunt plukken.

Kenmerkenlijst hoogbegaafdheid bij volwassenen.

De specifieke problemen waar hoogbegaafden tegenaan lopen hebben vaak een andere oorsprong dan wat niet hoogbegaafden denken. Daarom vind ik ook dat een coach voor hoogbegaafden zelf hoogbegaafd moet zijn.

Pas jij je al je hele leven aan? Wees voorzichtig!

Er niet bijhoren is pijnlijk. En de gevolgen kunnen ingrijpend zijn.

Leg jij de lat voor jezelf ook zo hoog? En voor je directe omgeving onbewust ook?

Of: Waarom stop je als iets écht moeilijk wordt.
Is faalangst bij hoogbegaafden wel altijd ‘gewoon’ faalangst? Of is er misschien iets anders aan de hand..?

Het impostersyndroom; het gevoel dat je op elk moment ontmaskerd kunt worden en dat mensen erachter komen dat je eigenlijk helemaal niet weet wat je aan het doen bent.

Herken je dit: in de communicatie word je vaak niet begrepen en stapelen misverstanden zich op. Soms drijft het je tot wanhoop. Onbegrepen worden kan grote gevolgen hebben. Maak korte metten met de communicatiekloof!

Waarom hoogbegaafden vaak kritische vragen hebben en waarom ze die vragen lang niet altijd stellen…

Je bent wat je doet. Maar is dat wel een bewuste keuze? Hoe lang moet je dat dan blijven doen?

Je moet al jong kiezen voor één beroep. Wat nou als dat voor jou niet werkt?

Waarom voor hoogbegaafden een loondienstverband vaak niet werkt.

Over mensen inzetten waar hun kracht zit, over eigenaarschap en autonomie. Waar is onze innovatieve kracht?

10 richtlijnen voor het voeren van een écht gesprek…

In dit gratis e-boek vind je alle artikelen die ik tot oktober 2022 heb gepubliceerd op deze website.

Op de website van Instituut Hoogbegaafdheid Volwassenen (IHBV) kan je veel informatie vinden die je mogelijk kan helpen bij het ontdekken van je hoogbegaafdheid. Een uitgebreide set leaflets kunnen je helpen bij contact met je omgeving of met hulpverlening.